Veel mensen vinden het moeilijk om zich confronterend te gedragen: iets doen dat voor een ander niet leuk is. Feedback geven bijvoorbeeld, een afspraak afzeggen, of uitspreken dat een ander de werkelijkheid verdraait. Gelukkig zijn er wel gedachten en manieren om confronteren makkelijker te maken. Ik noem er vijf.
De belangrijkste gedachte is het besef waarom je iemand confronteert. Je doet dat doorgaans om jezelf iets te geven. Als je iemand feedback geeft over gedrag dat jij vervelend vindt, vergroot je de kans dat dit gedrag ophoudt. Daar doe je het voor. Als je een afspraak afzegt, ‘geef’ je jezelf ruimte in je agenda. Als je benoemt dat iemand de werkelijkheid verdraait, ‘geef’ je jouw eigen gevoel van rechtvaardigheid een cadeautje.
Wat ook helpt is je te realiseren dat je een ander mág ‘kwetsen’. Veel mensen hebben moeite met dat idee - en ik bedoel ook niet te zeggen dat je mensen onnodig zou moeten kwetsen - maar soms is het beter dan niet-kwetsen. Te zachte heelmeesters maken immers stinkende wonden. Kwetsen is niet leuk, maar als jouw voordeel groter is dan het nadeel voor de ander, dan ‘mag’ het.
De derde overweging die kan helpen om je vrijer te voelen om te confronteren: meestal overschatten we hoe erg de ander het vindt. En we overschatten onze eigen rol daarin: de ander vindt het misschien niet leuk, maar zal ons vaak niet kwalijk nemen dat we het zeggen. Zoals in het verhaal van de kleren van de keizer: als het waar is, kun je het maar beter weten, ook al is dat niet leuk. Anders gezegd: vaak is de ander er bij gebaat als je hem/haar respectvol en eerlijk confronteert.
De vierde gedachte die je kan helpen is dat je niet perfect hoeft te zijn. Sterker nog: je bént niet perfect. Wat betekent perfectie eigenlijk? Letterlijk, vanuit het Latijn, is dat: ‘Tot het einde toe gemaakt’. Klaar. Afgerond. Perfectie is beter van toepassing op zaken, materie, dan op levende, bezielde mensen. Je mag zijn wie je bent, willen wat je wilt en confronteren wat je confronteert.
Tot slot vier manieren in stappen waarop je de confrontatie kunt verwoorden. Deze stappen zijn een combinatie van drie andere ‘kapstokken’: feedback geven, ‘nee’ zeggen en een slecht-nieuws-gesprek voeren.
- Toon begrip voor de ander. Benoem het als je best begrijpt waarom iemand iets wel/niet gedaan heeft, ook al was dat anders dan de afspraak. Toon inlevingsvermogen: hoe zou jij het vinden in zijn/haar situatie? Wat zou voor jou een ‘prettige’ manier zijn om geconfronteerd te worden?
- Geef aan wat voor jou de kern is – dit is de confrontatie zelf: dat je iets vervelend vindt, dat je iets niet wilt, enzovoort. Of juist benadrukken hoe fijn je het zou vinden als iemand iets wel doet.
- Geef eventueel aan hoe je de ander tegemoet kunt komen. Wat kan jij doen om het de ander makkelijker te maken? Als je iemand aanspreekt die voor jou iets zou doen, kan je hem dan helpen? Kan je begrip tonen voor het feit dat hij er geen zin in heeft? Kan je zeggen dat je ziet dat hij het al druk heeft?
- Geef de ander ruimte om te reageren, en ook zijn/haar teleurstelling te uiten. Toon, als je dat hebt, ook begrip voor die reactie en emotie, maar houd ook voldoende je mond zodat de ander kan zeggen wat hij/zij ervan vindt.
De stappen 3 en 4 kunnen ‘omgedraaid’ worden. Je kan het beste per situatie bekijken of je eerst aanbiedt om de ander tegemoet te komen en dan ruimte geeft om te reageren, of andersom.
Veel succes met het toepassen van deze gedachten en manieren. Ik hoop dat je jezelf nog veel cadeautjes zult geven!
Klik hier voor meer informatie over de Hartvaardigheden ‘Geven, ontvangen, confronteren, incasseren, ‘oppakken’ en loslaten’.